MIJMERING OVER BONEN (20 november 2004)Supermarkt Dirk Van Den Broek laat zich erop voorstaan van alle vaderlandse grootgrutters de laagste prijzen te berekenen. Maar als je bij Dirk groente koopt en je kan daar meer dan de helft van weggooien, dan verandert goedkoop in duurkoop.
Toen ik enige tijd terug bezig was de eetbare exemplaren van de rotte te scheiden, kwam het beeld van mijn moeder voor de geest. Zij werd door mijn vader 'kort gehouden'. Ik herinner me dat er vroeger dagelijks afgepast een tientje voor haar klaar lag. Daar moest ze het dan die dag mee zien te redden. Soms bezocht ze de markt omdat elke gulden daar een daalder waard zou zijn. Dit marktbezoek was een enerverende gebeurtenis, want lukte het niet op één tramkaartje heen en terug te reizen, dan was het voordeel van de markt vrijwel tenietgedaan. Ik had vier broertjes en zusjes. Wasmachines en andere middelen die de huisvrouw tegenwoordig veel werk uit handen nemen bestonden nog niet, of gingen mijn moeders huishoudbudget ver te boven.
Als mijn moeder weer eens stond te koken of de kleren van zeven personen stond te wassen, had ze meestal geen tijd zelf de boodschappen te doen en werden wij kinderen erop uitgestuurd. Maar er is niets nieuws onder de zon: toen al probeerden slagers en groenteboeren minder deskundige kopers rommel aan te smeren, En wij kinderen waren natuurlijk ondeskundige kopers bij uitstek. Als we dus weer eens thuiskwamen met derderangs groente of vlees, dan wel andere inferieure etenswaren, wierp mijn moeder zich woedend op de telefoon.
In die tijd waren supermarkten volledig onbekend. Onze boodschappen betrokken wij van een keten van kruideniers die VANA heette. Of het kwam door haar woede weet ik niet, maar de kruidenier van VANA werd door mijn moeder aangesproken met Meneer Vana. Trillend van woede gaf zij de winkelier-oplichter de volle laag. Ze bezigde daarbij een speciaal idioom. Zo heb ik haar taai vlees wel eens horen omschreven met één zeen, al zeen. Toen het vlees dat zij bij slagerij La Viande kocht niet geheel vers rook, hoorde men haar de slager toevoegen: "Meneer La Viande, mijn geld is toch ook niet rot!"
|